Categorie actueel

Ekelmans Advocaten begeleidt overname van fotonicabedrijf Lionix door Magic Micro

Ekelmans Advocaten begeleidt overname van fotonicabedrijf Lionix door Magic Micro 1500 1000 Ekelmans Advocaten
Adriaan de Buck overnames
Leestijd: < 1 minuut
Lesedauer: < 1 Minute
Reading time: < 1 minute
Expertise:

LioniX International, een hightech fotonicabedrijf uit Enschede, komt voor 75% in handen van de Zuid-Koreaanse beursgenoteerde onderneming Magic Micro, producent van led- en elektronische componenten. Het Corporate team van Ekelmans Advocaten heeft Magic Micro bij de acquisitie geadviseerd.

Fotonica is een hoogwaardige technologie uit de optica waarmee licht voor allerlei doeleinden kan worden gebruikt. Nederland geldt als koploper op het gebied van deze techniek. Met het extra kapitaal dat LioniX International krijgt met deze overname kan het zijn strategie verder uitvoeren.

Het FD berichtte op 5 juli over deze transactie.

Contact

David de Knijff Best Lawyer in de categorie Litigation

David de Knijff Best Lawyer in de categorie Litigation 1900 1357 Ekelmans Advocaten
David de Knijff-Ekelmans Advocaten
Leestijd: < 1 minuut
Lesedauer: < 1 Minute
Reading time: < 1 minute

De lijst Best Lawyers heeft David de Knijff, partner Cassatie bij Ekelmans & Meijer, opgenomen als Best Lawyer in de categorie Litigation. David de Knijff is gespecialiseerd in cassatiezaken. Regelmatig adviseert hij advocaten bij complexe procesrechtelijke vragen.

Sinds 1981 wordt de Best Lawyers lijst gemaakt op basis van nominaties en reviews van advocaten door hun peers. De van oorsprong Amerikaanse lijst wordt inmiddels in meer dan 70 landen gemaakt en gepubliceerd. De lijst wordt samengesteld doordat advocaten hun mede advocaten kunnen nomineren. Op basis van stemmen door peers krijgen de nominaties met het hoogste aantal stemmen een plek op de lijst. Bekijk via deze link de Nederlandse editie.

Contact

Enforcement of the GDPR

Enforcement of the GDPR 1000 465 Ekelmans Advocaten
Enforcement GDPR
Leestijd: 4 minuten
Lesedauer: 4 Minuten
Reading time: 4 minutes
Expertise:

As generally known, on 25 may 2018 the General Data Protection Regulation (GDPR) came into effect. This Regulation conferres the national Data protection authorities to impose hefty fines (up to 20 million euro or 4% of the annual worldwide turnover). In addition, citizens can file a complaint at the national Data protection authority.

Lack of strength

This change in regulation creates a great amount of work for the Data protection authorities. At the meantime, in the Netherlands the capacity to implement the new legislation is seriously doubted.

Although the organisation of the Dutch data protection authority grew from 72 employers to 123, the envisaged growth to 140 employers was not achieved.[1] Furthermore, a number of important people left the organisation. Moreover there would be a good deal of dissatisfaction within the organisation.[2] To mitigate and avoid further turbulences the executive board will soon be extended with a third member.[3] As a consequence of all these circumstances, a lack of authority of the national Data protection authority is presumed.

Differences in points of view between the Dutch Government and the Dutch data protection authority

Furthermore, the request for extra finance of the Data protection authority has also been denied by the responsible Dutch Minister of Justice. The Minister has indicated that no extra money will be provided until “the dust settles”.[4]

Money however is certainly not the only subject of discussion between the Minister of Justice and the Dutch data protection authority. Shortly before the GDPR entered into force the Minister of Justice reassured small and medium-sized enterprises that they should not fear immediate penalties if not GDPR-compliant: ”If you are working on it, the Dutch data protection authority will not be knocking on your front door on de 26 th.[5]

All much to the displeasure of the Dutch data protection authority, that in response to this pronouncement made clear that not the Minister but only the authority is responsible for the enforcement of the legislation and that every organisation, big or small, needs to comply with the Regulation. [6]

Other European countries also inadequately prepared

The Netherlands are not the only European Member State where the ability of the Data protection Authority to respond effectively to violations of the GDPR is questioned.
According to a survey by the press agency Reuters, 17 of the 24 National authorities noted that they did not yet have sufficient financial resources, or at the time of entry did not have sufficient powers to fully carry out the new Regulation. Most of the Member States were even now still required to adjust their national laws. Only 5 of the 24 national Authorities were able to confirm that they have both the sufficient financial resources and the assets to be able to act adequately.[7]

Dutch Insurance Industry in forefront with new Privacy Code of Conduct

Dutch Insurers and foreign insurers operating in the Netherlands however in general have taken significant measures in order to achieve a compliant operation.
In addition, the Dutch Association of Insurers, the sector organisation for the insurance industry, has also acted progressively by drawing up a new Privacy Code of Conduct, the so called “Gedragscode Verwerking Persoonsgegevens Verzekeraars”, which is grafted onto the GDPR and will be submitted for approval to all the Insurers affiliated at the General Members’ Meeting on 20 June 2018.
This Code of Conduct replaces the previous code that was obsolete, partly in view of the both new and advanced technologies in the use of personal data. In case of an affirmative vote by a majority of the Members, this Code of Conduct for insurers will acquire the status of binding self-regulation. Authorised brokers and intermediaries may also choose to commit to the Code of Conduct.
In the Code of Conduct the GDPR is translated into a set of concrete rules for the insurance industry. Important topics are the large-scale analysis of personal data by insurers for determining the premium, and the processing of personal data for the safety and integrity of the sector. The Code of Conduct has not yet been certified in the sense of art. 40 GDPR, because further detailed Directives of the European supervisors are still being prepared.

The implementation of the GDPR in the Netherlands has thus been approached at a sector wide level. The scarce enforcement capacity of the Dutch data protection authority is therefore not expected to be primarily aimed at insurers. Or, as the Dutch data protection authority in an interview with the Dutch Association of Insurers stated: “I do not worry so much about insurers. I have the impression that the sector is well organized.”

[1] “Privacy watchdog with big plans and tight budget”, De Volkskrant, 24 may 2018

[2] “Unrest with privacy watchdog Authority Personal Data”, Het Financieele Dagblad and “Administrative disputes limit authority to the Personal Data Authority”, NOS, 25 mei 2018.

[3] “Dekker is looking for third board member of the Authority for Personal Data”, Het Financieele Dagblad

[4] “Dekker:” not immediately fine for football club due to new privacy law, NOS, 24 mei 2018.

[5] “Minister Dekker: Smaller organizations do not have to expect immediate penalties by AVG”, Algemeen Dagblad, 24 mei 2018.

[6] “Minister speaks in turn about enforcement of privacy law”Het Financieele Dagblad

[7] https://www.reuters.com/article/us-europe-privacy-analysis/european-regulators-were-not-ready-for-new-privacy-law-idUSKBN1I915X

Auteur

De Autoriteit Persoonsgegevens loopt zich warm

De Autoriteit Persoonsgegevens loopt zich warm 1000 465 Ekelmans Advocaten
AP loopt zich warm
Leestijd: 2 minuten
Lesedauer: 2 Minuten
Reading time: 2 minutes
Expertise:

In de afgelopen periode heeft de Autoriteit Persoonsgegevens bij ruim 400 overheidsorganisaties gecontroleerd of zij hebben voldaan aan de verplichting tot het aanstellen van een Functionaris voor de Gegevensbescherming (FG). Gebleken is dat een kleine 4% nog niet aan deze verplichting uit de nieuwe Europese Privacywet (AVG) voldoet. Deze organisaties zijn aangeschreven en moeten voor 11 juni 2018 alsnog aan de AP laten weten wie hun FG is. Doen zij dit niet, dan kan een sanctie worden opgelegd.

Wanneer is een FG verplicht?

Art. 37 van de AVG stelt een FG verplicht voor:

  • overheden en publieke organisaties (rijksoverheid, gemeenten en provincies, maar ook zorg- en onderwijsinstellingen), ongeacht het type gegevens dat zij verwerken. Voor rechtbanken geldt de verplichte aanstelling van een FG niet.
  • organisaties die als kernactiviteit op grote schaal individuen volgen of diens activiteiten in kaart brengen (bijvoorbeeld door profiling, cameratoezicht of personeelvolgsystemen).
  • organisaties die als kernactiviteit op grote schaal bijzondere persoonsgegevens verwerken (zoals gezondheidsgegevens en gegevens over ras, politieke opvatting, geloofsovertuiging, seksuele geaardheid of strafrechtelijk verleden)

Waaraan moet een aanmelding FG voldoen?

FG-aanmeldingen moeten via een speciaal op de website van de AP opgenomen “aanmeldingsformulier functionaris voor de gegevensbescherming (FG)” bij de AP worden gedaan.

Let op: eerdere FG-aanmeldingen waarvoor niet dit speciale webformulier van de AP is gebruikt zijn per 25 mei 2018 vervallen. Ook een vrijwillig aangestelde FG moet met dit webfomulier worden aangemeld.

Doorstaat úw bedrijf de toets?

Inmiddels heeft de AP als volgende stap aangekondigd in de private sector tot controle van FG-aanmeldingen over te gaan.

Het is dus aanbevolen binnen uw organisatie niet alleen na te gaan of aan de verplichting tot het aanmelden van de FG is voldaan, maar ook of dit met het door de AP voorgeschreven webformulier is gebeurd.

Mocht u nog vragen hebben over dit onderwerp, dan kunt u contact opnemen met Astrid van Noort.

Auteur

Ekelmans & Meijer op Legalink conferentie Lissabon

Ekelmans & Meijer op Legalink conferentie Lissabon 1000 465 Ekelmans Advocaten
Legalink conference
Leestijd: < 1 minuut
Lesedauer: < 1 Minute
Reading time: < 1 minute
Expertise:

Op 17, 18 en 19 mei vindt de conferentie van het internationale netwerk van advocatenkantoren Legalink plaats in Lissabon. Meer dan 70 leden vanuit 47 landen ter wereld zijn aanwezig op de conferentie. Ook onze sectie Ondernemingsrecht is aanwezig in Lissabon.

Een van de programmapunten is de gastspreker Durão Barroso, voormalig EU commissie voorzitter over de geopolitieke beperkingen bij internationaal zaken doen. Naast lezingen bijwonen is er voldoende gelegenheid om te netwerken.

Contact

Ekelmans & Meijer invited to join international network of insurance law firms

Ekelmans & Meijer invited to join international network of insurance law firms 1000 465 Ekelmans Advocaten
international network
Leestijd: 2 minuten
Lesedauer: 2 Minuten
Reading time: 2 minutes

Insurance Law Global (ILG), London, UK has invited the Netherlands based law firm Ekelmans & Meijer to join their international network of insurance law firms. With members around the globe ILG offers international insurers access to top level insurance law support for their international activities.

Member firms all have a strong commitment to the insurance industry and share a common philosophy. They are results-oriented, focused on efficient service delivery and offer practical solutions of a high standard.

Dan Cutts, Senior Partner at UK law firm Weightmans LLP and founding member of ILG:

“We are delighted to welcome Ekelmans & Meijer to ILG. As a leading insurance firm in the Netherlands with a wealth of international and multi-jurisdictional experience, E&M are committed to providing commercial, intuitive solutions to clients, are alive to opportunities presented by globalisation and understand the diverse requirements of insurers – a fantastic addition to the network.”

Ekelmans & Meijer can draw up a wealth of expertise, built up during decades of servicing national and international insurance firms. With long lasting relations with leading national and international insurers, the Insurance & Liability Team helps them whenever their business meets legal challenges. With Insurance litigation and advocacy services to clients in all areas.

Jan Ekelmans and Frank Schaaf, Insurance partners at Ekelmans & Meijer:

“We see a trend towards internationalization of Insurance firms and their insurance products. Joining this network enables closer cooperation with our clients”.

The international cooperation of Ekelmans & Meijer is in line with its international focus, also outside the insurance industry: as an active member of Legalink, an international network of law firms and with a large German Desk, which cooperates with German companies in their activities in the Netherlands and supports Dutch companies with their activities in Germany.

Andrea van de Velde, director at the The Hague office, emphasizes the great value of the international network ILG:

“Through our lawyers, clients literally have access to a world of relevant expertise and networks. It is a privilege for our firm to be part of Insurance Law Global and it fits our strategy of further internationalization.”

https://www.ekelmansadvocaten.com/en/insurance-corporate/#insurance

Contact

Hoofdelijkheid in de bouw

Hoofdelijkheid in de bouw 1900 1357 Ekelmans Advocaten
Frank Schaaf-Ekelmans Advocaten
Leestijd: 2 minuten
Lesedauer: 2 Minuten
Reading time: 2 minutes

Wat is hoofdelijkheid?

Zie art. 6:102 lid 1 BW: “Rust op ieder van twee of meer personen een verplichting tot vergoeding van dezelfde schade, dan zijn zij hoofdelijk verbonden”.

Een voorbeeld

Een bekende toepassing van deze bepaling in de bouwschadepraktijk is de uitspraak van de Hoge Raad in de zaak Nugteren/Meskes. De twee-onder-een kap woning van Meskes verzakt als gevolg van twee oorzaken. Enerzijds werkzaamheden en bouwverkeer naast en langs zijn woning. Anderzijds werkzaamheden in de aangrenzende woning waarmee Meskes geschakeld is. Deskundigen geven aan dat de verdeling tussen beide oorzaken geschat wordt op 1/3e en 2/3e.

De werkzaamheden van de buren hebben samen de gehele schade veroorzaakt. Toch is één van hen voor die hele schade hoofdelijk en voor het geheel aansprakelijk. Hij kan wel regres nemen op zijn mede-aansprakelijke partij voor diens aandeel.

Een recente uitspraak van arbiters

Op 17 mei 2017 heeft “de bouwrechter” in Nederland (Raad van Arbitrage voor de Bouw te Utrecht) een uitspraak gedaan in een zaak waarin deze hoofdelijkheid een belangrijke rol speelt.

Het werk en de schade

Een opdrachtgever realiseert een appartementencomplex. Onderdeel van het werk is het aanbrengen van prefab betonnen constructies voor balkons en binnenwanden.

Bij oplevering wordt al scheurvorming vastgesteld bij de oplegging van de prefab balkons. De scheurvorming verergert na oplevering en doet zich uiteindelijk bij vrijwel alle opleggingen van de balkons voor. Onderzoek leert dat onvoldoende speling op de verankering tussen de prefab balkons en prefab wanden aanwezig is. De schade is aanzienlijk.

Zowel de hoofdaannemer als de constructeur worden door de opdrachtgever aansprakelijk gesteld en arbitrage volgt.

Hoofdelijke aansprakelijkheid

Arbiters oordelen dat de balkons niet zijn voorzien van een oplegvoorziening in de vorm van glijvilt. Anderzijds zijn de prefab balkons ook “aangegoten” waardoor de balkons volledig star zijn geworden. In de scheurvorming kon kennelijk niet onderscheiden worden tussen de ene en de andere oorzaak.

Deze beide oorzaken komen volgens arbiters voor rekening van aannemer en constructeur. Aannemer heeft nagelaten te voorzien in het glijvilt, wat het bestek eiste. De constructeur diende het aansluitdetail (tussen balkon en de rest van de constructie) te verzorgen maar heeft dat niet gedaan of is daarin niet duidelijk geweest. Volgens arbiters zijn aannemer en constructeur hoofdelijk aansprakelijk.

De werking van de algemene voorwaarden

Adviseurs in de bouw (en hun verzekeraars) moeten de uitspraak maar aandachtig lezen. De algemene voorwaarden die de betrokken constructeur heeft gehanteerd beperken het effect van de hoofdelijkheid. Het illustreert hoe belangrijk het is dat adviseurs zich op hun voorwaarden (zoals de DNR) kunnen beroepen teneinde hun bedrijfsrisico’s in goede banen te leiden.

Tijdschrift voor Bouwrecht

Wilt u meer weten? Klik dan hiervoor het Tijdschrift voor bouwrecht waarin Frank Schaaf de uitspraak van commentaar voorziet.

Auteur

Directie moet (top)beloningen met OR bespreken

Directie moet (top)beloningen met OR bespreken 2560 2297 Ekelmans Advocaten
Topbeloning OR
Leestijd: 2 minuten
Lesedauer: 2 Minuten
Reading time: 2 minutes
Expertise:

De voorgenomen salarisverhoging van topman Ralf Hamers van ING is niet de eerste keer dat discussie ontstaat over de grote verschillen tussen salarissen van de top en die van de andere werknemers. De Tweede Kamer wil meer openheid over topbeloningen creëren en heeft hiertoe onlangs ingestemd met het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet op de Ondernemingsraden Wat gaat er veranderen voor grote ondernemingen? Wat wordt daar de rol van de Ondernemingsraad?

Van informeren naar bespreken

Onder de huidige wet moet de directie minstens een keer per jaar schriftelijk informatie aan de OR verstrekken over de hoogte en inhoud van de beloningen per verschillende groepen werknemers. Dit geldt dus ook ten aanzien van het bestuur en de commissarissen. Echter, uit onderzoek blijkt dat de informatie vaak door de OR zelf moet worden opgevraagd en met de verkregen informatie nauwelijks iets wordt gedaan. Slechts bij één op de vijf bedrijven bespreekt de directie de beloningsverhoudingen met de OR.

Gelet op de maatschappelijke onrust die de afgelopen jaren over de beloningen van topbestuurders is ontstaan, wil de wetgever dat dit onderwerp daadwerkelijk tussen de OR en directie besproken wordt. Het wetsvoorstel houdt in dat de directie verplicht is minimaal een keer per jaar de beloningen te bespreken in de overlegvergadering met de OR. Bij die vergaderingen moet een lid van de Raad van Commissarissen of Raad van Toezicht aanwezig zijn.

De directie hoeft geen informatie te verstrekken over individuele bestuurders, commissarissen of werknemers. De OR krijgt ook geen inspraak of adviesrecht over de hoogte van de beloningen van bestuurders. De vaststelling hiervan is en blijft voorbehouden aan de AVA.

Voor wie?

Geldt dit wetsvoorstel voor alle ondernemingen waarbij een OR is ingesteld? Nee, de nieuwe verplichting ziet alleen op ‘grote’ ondernemingen met meer dan 100 werknemers.

Sanctie?

Wat als de directie niet aan deze verplichting voldoet? Ook hier is het antwoord kort, namelijk niet naleving leidt niet tot een sanctie.

Al met al is het slechts een kleine aanpassing van de wet. Gaat deze wet de hoogte van topsalarissen beïnvloeden? Ik denk het niet, maar de wetgever meent dat door deze verplichting, de top van een onderneming zich meer bewust zal zijn van de beloningsverschillen binnen de onderneming.

Wilt u meer weten over dit onderwerp? Neem dan contact op met ons team Ondernemingsrecht.

Bewust over privacy

Bewust over privacy 1000 465 Ekelmans Advocaten
Bewust over privacy
Leestijd: < 1 minuut
Lesedauer: < 1 Minute
Reading time: < 1 minute
Expertise:

In Globe, magazine voor internationaal ondernemen, een artikel van Astrid van Noort en Anita Nijboer over privacy. Eind mei treedt er nieuwe privacywetgeving in werking.

Bedrijven moeten dan hun gegevensverwerking goed op orde hebben als ze het risico op hoge boetes of reputatieschade willen vermijden. Dit artikel gaat in op de noodzaak voor ondernemers om zich bewust te zijn van deze nieuwe wetgeving, welke maatregelen zij moeten treffen, hoe het zit met de bewijslast en het internationale gegevensverkeer.

Lees hier het artikel.

Mocht u nog vragen hebben over dit onderwerp, dan kunt u contact opnemen met Astrid van Noort of ons team Privacy Desk.

Contact

Ekelmans & Meijer adviseur bij verkoop van Nelle fabriek

Ekelmans & Meijer adviseur bij verkoop van Nelle fabriek 1000 465 Ekelmans Advocaten
Van Nelle fabriek
Leestijd: 2 minuten
Lesedauer: 2 Minuten
Reading time: 2 minutes
Expertise:

De monumentale Van Nelle Fabriek in Rotterdam kantoor-/bedrijfsruimte is verkocht aan een family office. Georg van Daal en Ingrid Deijkers van het Ondernemingsrecht team van Ekelmans & Meijer stonden de verkoper bij in dit traject.

De van Nelle Fabriek: werelderfgoed

De Van Nelle Fabriek is ontworpen door de architecten J.A. Brinkman en L.C. van de Vlugt, werd gebouwd gedurende de periode 1925 tot 1931. Het complex was in de eerste instantie gebouwd voor het bewerken, verpakken en het verhandelen van koffie, thee en tabak.

In 1998 werden deze activiteiten beëindigd en werd de fabriek succesvol getransformeerd naar de Van Nelle Ontwerpfabriek. In 2014 is de Van Nelle Fabriek op de Unesco Werelderfgoedlijst geplaatst. De Van Nelle Fabriek biedt momenteel plaats aan ruim 80 huurders verdeeld over de diverse gebouwen.

De verkoop

Bij de verkoop is de verkopende partij de Van Nellefabriek BV in haar hoedanigheid als beherend vennoot van CV Van Nelle Ontwerpfabriek bijgestaan door Ekelmans & Meijer. Daarnaast waren betrokken: de Gemeente Rotterdam als mede “site holder” voor het Unesco Werelderfgoed” en de financierende bank.

Aandacht voor deze deal in property.nl property.nl en vastgoedmarkt.nl.

Ekelmans Advocaten N.V. gebruikt noodzakelijke en analytische cookies om ervoor te zorgen dat onze website zo goed mogelijk functioneert en om het gebruik van onze website te analyseren en te verbeteren. Wij gebruiken geen cookies voor marketingdoeleinden. Lees hier meer over in onze privacyverklaring en cookieverklaring