Beursbengel: Uitspraken GFD rond een pakketverzekering en verwarring rond een verzekeringsbepaling

Beursbengel: Uitspraken GFD rond een pakketverzekering en verwarring rond een verzekeringsbepaling

Beursbengel: Uitspraken GFD rond een pakketverzekering en verwarring rond een verzekeringsbepaling 2500 1667 Ekelmans Advocaten
EKELMANS-Beursbengels-01
Leestijd: 4 minuten
Lesedauer: 4 Minuten
Reading time: 4 minutes
Expertise:

In Dossier Kifid van de Beursbengel 2022 / nr. 913 bespreekt Frederike Rijpkema twee uitspraken van de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening rond een pakketverzekering en een doorlopende reis- en annuleringsverzekering.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening Nr. 2022-0167, d.d. 2 maart 2022

Zorgplicht geschonden door niet te waarschuwen dat woning niet is meeverzekerd op rechtsbijstandverzekering?

De consument heeft via de website van een tussenpersoon een pakketverzekering aangevraagd, op basis van ‘execution only’. Het pakket bestond uit een opstalverzekering voor zijn woning en een rechtsbijstandverzekering. De consument kreeg vervolgens een geschil over zijn hypotheeklening. Hiervoor kon de consument geen beroep doen op zijn rechtsbijstandverzekering, omdat dit geschil niet onder de dekking van de rechtsbijstandverzekering viel.

De consument stelt zich op het standpunt dat de tussenpersoon had moeten waarschuwen voor het risico dat hij liep omdat de rechtsbijstandverzekering niet was uitgebreid met ‘eigen woning’, terwijl de tussenpersoon wist dat de consument een eigen woning had en dus belang had bij dekking ten aanzien van de woning.

De commissie komt tot het oordeel dat de tussenpersoon alleen heeft bemiddeld bij het afsluiten van de verzekeringen, de zogenaamde ‘execution only’. Dit betekent dat de consument de verzekeringen heeft afgesloten zonder advies van de tussenpersoon. Het lag daarom op de weg van de consument zich voldoende te verdiepen in de door hem af te sluiten verzekeringen. De tussenpersoon hoefde de consument niet te waarschuwen voor het ontbreken van de dekking voor de eigen woning, ook al wist de tussenpersoon dat de consument een eigen woning had. Van een zorgplichtschending aan de zijde van de tussenpersoon is dan ook geen sprake. De consument heeft zich ook het standpunt gesteld dat de tussenpersoon heeft verzuimd een rechtsbijstandverzekering voor hem af te sluiten met uitbreiding eigen woning, terwijl de consument dit wel in zijn aanvraag zou hebben aangegeven. Dit zou blijken uit een door de consument overgelegde schermafbeelding van het aanvraagformulier. De tussenpersoon heeft de stelling van de consument gemotiveerd betwist. Volgens de tussenpersoon is het overgelegde aanvraagformulier geen definitief ingediend aanvraagformulier, maar een scherm dat je ziet voordat de aanvraag daadwerkelijk wordt ingediend. Nadat de schermafbeelding is gemaakt, is het formulier door de consument nog aangepast, aldus de tussenpersoon. Dit blijkt namelijk uit diverse verschillen op het aanvraagformulier en het definitieve polisblad. Vanwege de gemotiveerde betwisting van de tussenpersoon, is het aan de consument om nader bewijs te leveren dat hij wel een uitbreiding met eigen woning heeft aangevraagd. De consument is daarin niet geslaagd.
Daar komt nog bij dat het aan de consument was om op het polisblad te controleren of de rechtsbijstandverzekering aansloot bij zijn wensen. Dit geldt temeer, omdat de tussenpersoon enkel een bemiddelende rol bij de totstandkoming van de overeenkomst had. De commissie komt tot het oordeel dat de klacht van de consument ongegrond is en dat zijn vordering wordt afgewezen.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening Nr. 2022-0122, d.d. 16 februari 2022

Is overlijden eigenaresse reisbureau gedekte gebeurtenis?

De consument heeft bij de verzekeraar een doorlopende reis- en annuleringsverzekering afgesloten. Op 8 september 2019 boekt de consument bij een reisbureau een rondreis door Zuid-Afrika. De consument heeft aan het reisbureau een aanbetaling van 3.449,31 euro gedaan. Op enig moment overlijdt de eigenaresse van het reisbureau. De consument doet een beroep op de verzekeraar voor vergoeding van de aanbetaalde reissom. Hij beroept zich daarbij op de bepaling waarin een limitatieve opsomming van gedekte gebeurtenissen is opgenomen, waarin onder andere staat dat annulering gedekt is als de persoon in het buitenland bij wie de consument zou overnachten is overleden. De verzekeraar wijst de claim, onder verwijzing naar zijn polisvoorwaarden, af.

Gezien het voorgaande komt het volgens de commissie aan op de uitleg van voornoemde bepaling en op de vraag of het overlijden van de eigenaresse van het reisbureau hieronder valt.

De commissie overweegt dat een verzekeringsbepaling duidelijk en begrijpelijk moet zijn opgesteld en dat bij twijfel over de betekenis van een beding de voor de consument meest gunstige uitleg vóórgaat. Deze zogenoemde contra proferentem-regel is neergelegd in artikel 6:238 lid 2 BW.

Volgens de commissie gaat het om de vraag of uit de polisbepaling duidelijk blijkt dat het gaat om een limitatieve opsomming van gebeurtenissen. Volgens de commissie is voor de bepaling slechts één lezing mogelijk, zodat sprake is van een duidelijk beding, namelijk dat sprake is van een limitatieve opsomming. De commissie komt derhalve niet toe aan de contra proferentem-regel.

Vervolgens is het de vraag of er sprake is van een gedekte gebeurtenis . Volgens de commissie is de situatie van de consument niet gelijk aan de in de bepaling genoemde verzekerde gebeurtenis. In de bepaling staat namelijk dat het moet gaan om het overlijden van een persoon in het buitenland bij wie een verzekerde zou overnachten. Het staat vast dat de consument niet bij de eigenaresse van het reisbureau zou overnachten, maar bij een door haar geregelde accommodatie. Dit brengt mee dat voor de schade van de consument, bestaande uit de gedane aanbetaling, als gevolg van het overlijden van de eigenaresse van het reisbureau, geen dekking bestaat.

De commissie komt tot de slotsom dat de verzekeraar de claim van de consument mocht afwijzen en dat de vordering van de consument wordt afgewezen.

Auteur

Ekelmans Advocaten N.V. gebruikt noodzakelijke en analytische cookies om ervoor te zorgen dat onze website zo goed mogelijk functioneert en om het gebruik van onze website te analyseren en te verbeteren. Wij gebruiken geen cookies voor marketingdoeleinden. Lees hier meer over in onze privacyverklaring en cookieverklaring